Waar ben je naar op zoek?
Je kind is 6 – 12 maanden
Hieronder zie je de belangrijkste mijlpalen in de ontwikkeling van je kind tijdens deze leeftijd. We vertellen je wat kinderen per ontwikkelgebied ervaren en natuurlijk lichten we ook toe hoe we hier bij KinderRijk op inspelen.
Lees direct verder
1. Motoriek
Bij jonge kinderen speelt de motoriek een belangrijke rol in de ontwikkeling. Om zich goed te ontwikkelen heeft een kind motorische vaardigheden nodig. Want als je je omgeving wilt ontdekken moet je kunnen bewegen, dingen kunnen pakken en vasthouden en jezelf verplaatsen.
“DE GROEPSRUIMTE IS ZO INGEDEELD DAT ER OP VERSCHILLENDE PLEKKEN EN OP KINDHOOGTE AANTREKKELIJK ONTDEKKINGSMATERIAAL LIGT.”
Ontdekkingsmateriaal
Bij KinderRijk leggen wij de kinderen bij voorkeur op de rug met speelgoed passend bij deze ontwikkelfase zodat je kind vanuit deze positie leert rollen en draaien op de buik. Zodra een kind begint met tijgeren gaat het daarna oefenen met kruipen door zijn benen onder het lichaam op te trekken. Meestal kan een kind pas zelfstandig zitten nadat het goed kan kruipen. Dit heeft als groot voordeel dat de rug van de baby sterk genoeg is en het ook weer zelf uit de zithouding kan komen. Wij volgen de ontwikkeling van je baby daarom goed en zetten hem bijvoorbeeld in een kinderstoel, pas nadat hij zelfstandig goed kan zitten. We laten baby’s spelen op een rustige plek waar het veilig is en waar niet gestoeid wordt.
De groepsruimte is zo ingedeeld dat er op verschillende plekken en op kindhoogte aantrekkelijk ontdekkingsmateriaal ligt. Deze materialen worden een aantal keren per dag opnieuw gerangschikt. Zo kan je baby zelf ontdekken wat het er mee kan doen.
Kinderen die leren lopen, vinden het fijn om langs de grondbox te oefenen. Het geeft houvast om de eerste stapjes uit te proberen. Soms lukt het niet om weer te gaan zitten, dan helpen wij een handje. Voor de eigenwaarde en het zelfvertrouwen van je baby is het goed om al deze nieuwe vaardigheden in eigen tempo aan te leren.
Mijlpalen
-
Aanwijzen
Je baby leert steeds beter om gebaren te maken en zo duidelijk te maken wat hij wil. Hij gaat voorwerpen aanwijzen en de fijne motoriek verbetert.
-
Tijgeren
Baby’s die uit zichzelf op hun buik zijn gaan liggen, bewegen vaak eerst achteruit en later pas vooruit. Dat komt doordat ze zich eerst met hun handen afzetten waardoor ze naar achteren gaan. Daarna gaan ze meestal eerst tijgeren: vooruit bewegen met hun lijf tegen de grond.
-
KruipenTijgeren gaat vaak over in kruipen: je baby merkt dat het gemakkelijker gaat als hij zijn billen en buik omhoog doet.
-
Zitten
Vanaf 8 maanden probeert een baby zelf te gaan zitten. Zo kan het meer zien en heeft het beide handen vrij. De rug en de nek van je baby worden nu steeds sterker.
-
Optrekken
Je baby oefent met optrekken tot staan en weer terug. Hij houdt zich overeind met de kracht van zijn handen en armen. Van optrekken tot lopen duurt meestal 3 tot 4 maanden.
-
Zelf staan
Je baby vindt het heerlijk om op blote voeten te staan. Hij kan los staan als hij ongeveer 10 of 11 maanden oud is. Sommige baby’s lopen nu langs een tafelrand of langs de box, of zelfs al een paar stapjes los!
2. Taalontwikkeling
Een baby kan nog geen vloeiende zinnen spreken, maar ‘praat’ wel degelijk. Baby’s maken namelijk gebruik van hun hele lijf om met je te communiceren. Naarmate de taalontwikkeling vordert is je baby steeds makkelijker te begrijpen. Onze pedagogisch medewerkers praten daarom veel met de baby’s en reageren op de signalen die zij geven.
Taal en Mondmotoriek
Onze medewerkers zijn gewend om vanaf het begin al veel te praten met de baby’s. Er wordt verteld wat we gaan doen en we betrekken de kinderen bij de verzorging. Dit is belangrijk voor het gevoel van veiligheid, maar ook voor de taalontwikkeling. We communiceren op een rustige en respectvolle manier met je baby. Door het regelmatig herhalen van woorden leert je kind het ritme en de klank van onze taal. Wij hebben bij het praten oogcontact en noemen je baby bij haar of zijn naam.
Baby’s vinden het heerlijk om naar liedjes en rijmpjes te luisteren. ‘Klap eens in de handjes’, ‘Dit zijn mijn wangetjes’ en kiekeboe-spelletjes leveren bovendien kennis van de taal op.
Wij streven ernaar om kinderen vanaf ongeveer 9 maanden uit een gewone beker te laten drinken. Dit is belangrijk voor de taal en spraakontwikkeling omdat hierdoor de mondspieren en -motoriek gestimuleerd worden. Doordat we meestal doorzichtige bekers gebruiken ziet je baby hoeveel water of melk er nog in de beker zit.
“VANAF ONGEVEER 9 MAANDEN PROBEREN WE KINDEREN UIT EEN GEWONE BEKER TE LATEN DRINKEN. DIT IS GOED VOOR DE ONTWIKKELING VAN MONDSPIEREN EN -MOTORIEK.”
Mijlpalen
-
Gebaren
Bij eenvoudige woorden kan je baby al naar dingen wijzen. Maar ook zwaaien bij het weggaan of de armen omhoog houden om opgetild te worden komen steeds vaker voor.
-
Nabootsen
Je baby gaat klanken en gezichtsuitdrukkingen die het kent uit de omgeving nadoen.
-
Brabbelen
Rond 7 à 8 maanden komt je baby in de brabbelfase en gaat het verschillende klanken achter elkaar zeggen, zoals ‘dada’. Door je reactie leert je kind dat sommige klanken te maken hebben met papa of mama. Overigens is ‘mama’ voor veel baby’s moeilijker dan ‘dada’ of ‘papa’.
-
Eerste woord
Het eerste echte woord van je baby komt waarschijnlijk tussen de tien en twaalf maanden.
3. Cognitieve ontwikkeling
De cognitieve ontwikkeling van je kind omvat onder meer het leren, onthouden, oplossen van problemen en intelligentie. Tussen de 6 en 12 maanden maakt je kind op dit gebied grote ontwikkelingen door.
De aandacht van je baby voor de omgeving wordt steeds groter: zijn wereld wordt ook letterlijk vergroot. Je baby herkent nu dat zijn eigen gedrag effect heeft op de buitenwereld. Het gaat steeds doelbewuster handelen en lokt nieuwe reacties uit. Bijvoorbeeld wanneer mama haar jas aantrekt om te vertrekken… je baby steekt dan bewust de armpjes omhoog en gaat huilen.
Mijlpalen
-
Doelbewust
Je baby gaat meer doelbewust handelen. Hij haalt bijvoorbeeld de dop van de fles, omdat hij weet dat het dan pas kan drinken.
-
Effecten uitlokken
Je baby raakt geboeid door oorzaak en gevolg. Als jij komt aanlopen met een slabbetje, dan weet je baby dat hij een flesje krijgt. Hij ontdekt dat verschillende handelingen zorgen voor een bepaald effect.
-
Objectpermanentie
Je baby ontwikkelt het vermogen om een beeld in zijn geheugen vast te houden zonder het te zien. Hij gaat op zoek naar een speeltje wat hij net onder de kast heeft gegooid.
-
Combineren
Je baby leert combineren. In een boekje kan hij bijvoorbeeld op zoek gaan naar een plaatje van een olifant dat hij kent van een eerdere keer.
Verschillende materialen
Kinderen zijn van nature nieuwsgierig en daarom bieden we verschillende materialen aan. Speelgoed kan van alles zijn: lege boterkuipjes zonder scherpe randjes, waar de baby iets in kan doen, bekers, pollepels, boekjes, grijpballen, lapjes van verschillende stof, allerlei materialen die de baby’s zelf vast kunnen pakken en onderzoeken. Het levert je kind veel inzichten op. Je baby mag bij ons aan tafel al snel een eigen lepel om mee te roeren zoals hij ook de andere kinderen ziet doen.
Kinderen krijgen steeds meer het besef dat een voorwerp blijft bestaan, ook al is het uit het zicht. Het verstoppen van een stukje speelgoed onder een hand of een doek, is een passend spel. Je baby zal de hand of doek weg trekken en het speelgoed pakken.
Voorlezen is belangrijk om de cognitieve ontwikkeling te stimuleren. Het is leerzaam en leuk en vaak ook een moment van individuele aandacht voor je baby. Het benoemen van de plaatjes, omslaan van de bladzijdes en het voelen aan een boek hoort daar allemaal bij evenals herhalen, herhalen, herhalen.
“JE BABY MAG BIJ ONS AAN TAFEL AL SNEL EEN EIGEN LEPEL OM MEE TE ROEREN ZOALS HIJ OOK DE ANDERE KINDEREN ZIET DOEN.”
4. Persoonlijkheidsontwikkeling
Al vanaf de geboorte heeft je baby een eigen temperament. Door de combinatie van temperament en de ervaringen die het in zijn leven opdoet ontwikkelt je kind een eigen persoonlijkheid. Een druk kind dat door zijn ouders en/of verzorgers gestimuleerd wordt zich uit te leven, zal een andere persoonlijkheid ontwikkelen dan een druk kind dat altijd gemaand wordt om zich rustig te gedragen.
Een pasgeboren baby heeft er nog geen idee van dat hij los van anderen bestaat en dat wat hij doet, invloed heeft op zijn omgeving. Langzamerhand ontstaat het besef dat hij bestaat en dat hij het is die dingen veroorzaakt. Je baby leert zichzelf en de ouders herkennen op een foto.
Responsief en voorspelbaar
Baby’s kunnen zich in deze leeftijdsfase al aardig zelf vermaken. Wij moedigen je baby ook aan om dingen zelf te doen; hierdoor groeit zijn autonomie, zelfvertrouwen en gevoel van eigenwaarde.
De medewerkers zijn responsief en voorspelbaar in hun handelen. Dit zorgt voor een veilige omgeving. Je baby voelt zich gezien en gehoord en krijgt een oprechte aanmoediging in de vorm een compliment, knipoog, aanraking of glimlach. Wij geven complimenten voor het proces en niet voor de prestatie.
Bij KinderRijk vinden we het belangrijk om mét in plaats van tegen kinderen te praten. Een baby zal met geluidjes en bewegingen terug ‘praten’. Daarbij kijken zij vaak naar de mimiek van onze medewerksters en reageren daar op. Zo vindt er een wisselwerking tussen je baby en de medewerker plaats waarbij je baby ervaart dat hij of zij er toe doet.
Omdat het in deze periode nog lastig is om behoeftes uit te stellen, helpen de medewerkers je baby een handje door de emoties die zij zien te benoemen.
“BIJ KINDERRIJK VINDEN WE HET BELANGRIJK OM MÉT IN PLAATS VAN TEGEN KINDEREN TE PRATEN. EEN BABY ZAL MET GELUIDJES EN BEWEGINGEN TERUG ‘PRATEN’.”
Mijlpalen
-
Zelf doen
Je baby gaat steeds meer zelf doen. Hierdoor wordt het zelfvertrouwen vergroot en ontstaat het ‘ik kan het zelf’-gevoel.
-
Frustratie
Toch lukt nog niet alles zelf. Dat kan leiden tot ongeduldig of driftig worden en tot huilen.
-
Eenkennigheid
Je baby gaat bekend en vreemd onderscheiden. Hij beseft dat er een verschil is tussen hemzelf en de buitenwereld.
-
Ik ben ik, jij bent jij
Tussen de tien en de twaalf maanden gaat je kind reageren op de eigen naam.
5. Sociaal-emotionele ontwikkeling
Voor de geboorte heb je vaak al een band met je baby. Die band wordt sterker als je kind geboren is. Dit noemen we hechting. Je kunt dit stimuleren door veel (oog)contact te maken met je baby. Dat is voor jullie beiden fijn!
Als je baby ongeveer 7 maanden is, kan hij eenkennig worden. Ook kan hij last krijgen van scheidingsangst en een beetje bang worden voor vreemden. Probeer je baby te laten wennen aan andere mensen terwijl jij hem vasthoudt. Na de periode van eenkennigheid maakt je baby steeds duidelijker contact met andere mensen.
“WIJ ZORGEN VOOR VASTE, VERTROUWDE GEZICHTEN OP DE GROEP EN IEDER KIND HEEFT EEN EIGEN MENTOR.”
Mijlpalen
-
Emoties
Kinderen leren de betekenis van emoties steeds beter begrijpen. Je baby lokt een positieve reactie uit door te lachen naar anderen. Afscheid nemen van ouders kan lastiger worden.
-
Eenkennigheid
Je baby ziet het verschil tussen vertrouwde en vreemde gezichten. Het gevolg hiervan is eenkennigheid. Dit kan enige maanden tot een jaar duren.
-
Contact
Je baby maakt contact door middel van lachen, reiken, aanrakingen en kusjes. Als hij iets niet wil kan hij je wegduwen of een andere kant op kijken.
-
Interactie
Kinderen gaan zich meer richten op kinderen om hen heen. Je baby voelt steeds meer de stemming van andere kinderen aan, zo kan het mee gaan lachen en huilen.
Vertrouwen vergroten
Wij zorgen voor vaste, vertrouwde gezichten op de groep en ieder kind heeft een eigen mentor. Zo zorgen we ervoor dat je baby er aan went dat anderen dan jullie er voor hem zijn. Wij nemen hiervoor voldoende tijd zodat de kinderen en de medewerkers elkaar goed leren kennen. De voeding, de verschoning en het naar bed brengen wordt, vooral in de beginperiode op de groep, zoveel mogelijk door dezelfde pedagogisch medewerker gedaan. Wij nemen tijdens de verzorging de tijd en geven je baby volop onze aandacht. We erkennen het belang van rust en regelmaat.
Het kiekeboe-spel is favoriet en leert je baby spelenderwijs dat we er nog zijn, ook al zien ze ons even niet. Tijdens de eenkennigheidsfase is dit belangrijk want zo krijgt je baby er vertrouwen in dat we altijd terugkomen. Als medewerkers even de groep uitgaan vertellen zij de kinderen dat zij even weggaan maar ook weer terugkomen, dit zorgt voor een vertrouwde en veilige basis.
Rond deze leeftijd beginnen kinderen ook geïnteresseerd te raken in andere kinderen, al zien ze hen vaak als ‘speelgoed’. Onze medewerkers zorgen ervoor dat kinderen elkaar veilig kunnen ontdekken.
Ben je benieuwd naar andere ontwikkelfases?
